Ondersteunen van zelfregulerend leren en motivatie bij blended learning
Auteur: Jo Tondeur - Leestijd: 5 minuten
Online en blended leren (OBL) is een ideale context voor volwassenen, omdat de flexibiliteit om te leren waar, wanneer en aan welk tempo het mogelijk maakt onderwijs aan te passen aan de persoonlijke situatie van de cursist. Het vergt evenwel heel wat zelfstandigheid van de cursist en maakt het uitdagend voor de lesgever om de leermethode van de cursist tijdens het leerproces te observeren, op te volgen en gepast te ondersteunen.
Dit hoofdstuk geeft de lesgever inzicht in hoe een cursist in een OBL-module leert, en hoe je als lesgever dit proces van zelfregulering kan ondersteunen. Dit hoofdstuk is gebaseerd op een studie van Vanslambrouck et al (2018). Het betreft een kwalitatieve studie waarin 16 semi-gestructureerde interviews zijn uitgevoerd met cursisten die een OBL-module volgen in het volwassenenonderwijs.
De interviews duurden ongeveer 60 minuten en peilden naar de zelfregulering van de cursisten. Er werd hen gevraagd om een moment te beschrijven waarop ze aan een taak werkten of hun cursus studeerden (vb. plaats, tijdstip, methode van aanpak, enz.). Verder werd ook gepeild naar de zelfmotivatie van de cursisten door te vragen hoe ze gemotiveerd en actief blijven wanneer ze moeilijkheden ondervinden die hun motivatie aantast. De interviewleidraad ter ondersteuning voor de onderzoeker is gebaseerd op de ‘motivated strategies for learning questionnaire’ van Pintrich, Smith, Garcia & McKeachie (1991; MSLQ).
De heterogeniteit tussen cursisten werd weerspiegeld door cursisten uit verschillende onderwijsniveaus te interviewen. Zo zijn er zes studenten uit de specifieke lerarenopleiding (SLO); zes uit het hoger beroepsvolwassenenonderwijs (HBO5) en vier die secundair volwassenenonderwijs (SVWO) volgen. De groep bestaat uit 12 vrouwen en 4 mannen van wie de leeftijden liggen tussen 24 en 56 jaar.
Er was diversiteit met betrekking tot hun tewerkstelling (werkloos, part-time of full-time werkende cursisten); hun burgerlijke status (alleenstaand of samen met een partner met of zonder kinderen). De interviews werden uitgetypt en aan de hand van framework analyse (Pope, Ziebland & Mays, 2000) op een deductieve manier gecodeerd. Dit wil zeggen dat de codes uit een bestaand kader komen en niet vanuit de data vertrokken is.