Auteur: Els Consuegra - leestijd: 14 mintuen
Wat is zelfregulerend leren?
Eerst en vooral moet opgemerkt worden dat er nog steeds geen eenduidige definitie van zelfregulerend leren lijkt te bestaan. In zijn aanbevelingen voor verder onderzoek wees Schunk (2008) al op dit problematische aspect, maar tot op heden lijkt het probleem niet te zijn aangepakt. Bovendien is er sprake van aanzienlijke begripsverwarring, aangezien termen als Zelfsturing, Zelfregulerend Leren en Zelfstandig Leren vaak door elkaar worden gebruikt, zonder heldere afbakening van hun betekenis.
Wij verwijzen voor een definitie graag naar het recent gepubliceerde boek van Jeltsen Peeters (2022) die een doctoraatsonderzoek uitvoerde naar zelfregulerend leren onder begeleiding van prof. Koen Lombaerts, hoogleraar bij de vakgroep Educatiewetenschappen aan de VUB.
“Zelfregulerend leren is het cyclische proces waarbij een lerende zijn gedrag, gedachten, gevoelens én motivatie zelf richting geeft met het oog op het bereiken van zijn leerdoelen en afhankelijk van zijn context. Zelfregulerend leren gaat dus om wat de leerling doet, denkt en voelt wanneer hij zijn eigen of gezamenlijke doelen nastreeft.”
Wetenschappelijke onderbouwing
In het verleden zijn verschillende modellen voor zelfregulerend leren (ZRL) ontwikkeld. Sommige modellen benaderen ZRL als een proces van chronologische, cyclische fasen (bv. doelen vooropstellen en denken vooraf, jezelf monitoren en denken tijdens de uitvoering van een taak en zelf-evaluatie en controle aan het einde van de taak). Andere modellen categoriseren ZRL als verschillende domeinen waar een persoon controle over kan uitoefenen (bv. cognitie, motivatie, gevoelens, gedrag, context). De definitie uit het recent verschenen boek van Jetsen Peeters (2022) combineert beide benaderingen in één definitie.
Effectiviteit van zelfregulerend leren
Vele studies toonden reeds overtuigend aan dat zelfregulerend leren een positieve invloed heeft op leeruitkomsten. Sitzman en Ely (2011) voerden een uitgebreide meta-analyse uit naar de effectiviteit van zelfregulerende strategieën. Zij stellen een model voor met tien onderdelen van zelfregulerend leren die een significant effect hebben op het leren:
- Doelen: de resultaten die iemand voor zichzelf vooropstelt
- Doelmatigheidsbeleving: overtuigingen die iemand heeft over de eigen kans op succes
- Planning: bedenken wat er geleerd moet worden, specifieke doelen bepalen en beslissen welke strategieën in te zetten om die doelen te bereiken
- Monitoring: aandacht geven aan de eigen prestaties en mate waarin vooruitgang geboekt wordt in het leren
- Aandacht richten: je concentreren en de mentale focus behouden
- Time management: studieplanning maken en tijd alloceren voor verschillende studie-activiteiten
- Je omgeving structureren: een studielocatie kiezen die het leren faciliteert (bv. stil en vrij van afleiding)
- Motivatie: bereidheid om te leren en de wens om leerinhouden te beheersen
- Inspanning: de hoeveelheid tijd dat je aan het leren spendeert
- Attributies: de overtuigingen die iemand heeft over de oorzaken van studieprestaties
De analyses van Sitzman en Ely (2011) tonen aan dat zelfregulerend leren verschillende componenten telt en dat sommige sterk samenhangen. In de praktijk is het niet altijd eenvoudig (of nodig en wenselijk) om de deelcomponenten van elkaar te onderscheiden.
Belang van zelfregulerend leren
David Mitchell (2015, p. 96-97) vat in zijn boek “Wat écht werkt” treffend samen waarom zelfregulatie als erg belangrijk wordt gezien in onze samenleving. Hij stelt dat in de meeste samenlevingen “de mate waarin iemand verantwoordelijkheid neemt voor de eigen acties een kenmerk is van maturiteit en levenskwaliteit. In vrije, democratische samenlevingen wordt verwacht dat mensen hun eigen leven aansturen door doelen voor zichzelf te stellen, keuzes te maken en beslissingen te nemen over de meeste aspecten van hun leven.” De competentie om jezelf aan te sturen en in het bijzonder om je eigen leren te reguleren wordt nationaal en internationaal als een sleutelcompetentie gezien. Men oordeelt dat het noodzakelijk is om te kunnen overleven in de snel veranderende en hypercomplexe wereld van vandaag (Europese Commissie, 2023). Mitchell benadrukt dat zelfregulatie relevant is voor alle leerlingen, ook voor kinderen die erg afhankelijk zijn van anderen om beslissingen voor hen te nemen. Er is namelijk groeiend bewijs voor het feit dat ook bijvoorbeeld kleuters of kinderen met speciale onderwijsbehoeften zoals ernstige leerstoornissen in staat zijn om meer controle te nemen over hun eigen leven dan ze vandaag krijgen.
Advies voor onderwijs. Hoe leer je leerlingen zelfregulerend leren?
Mitchell benadrukt in zijn overzichtswerk dat zelfregulerend leren niet vanzelf geleerd wordt. Er zijn drie manieren om zelfregulerend leren te ontwikkelen:
- Modelleren en observeren: leerlingen realiseren zich uit ervaringen hoe belangrijk het is om bijvoorbeeld hun werk na te kijken en leerkrachten doen zelf-regulatie voor in hun eigen activiteiten en leerlingen verwerven het door het na te doen.
- Expliciete instructie van zelfregulerende strategieën is noodzakelijk om het repertoire aan leerstrategieën van leerlingen uit te breiden en om hen te leren wanneer welke strategieën het meest gepast zijn. Denk aan het het aanleren van planvaardigheden, stappenplannen om problemen op te lossen, strategieën om je geheugen te helpen onthouden, vaardigheden om je werkruimte georganiseerd te houden, …
- Impliciete instructie: Lerenden zijn betrokken bij activiteiten die van hen zelfregulatie vereisen zoals bijvoorbeeld in collaboratieve groepswerken waar zelfregulatie moet ingezet worden om de opdracht tot een goed einde te brengen
Het meeste impact wordt bereikt als op alle drie de pistes wordt ingezet en dit opbouwend van de eerste tot de laatste opleidingsfase en in verschillende vakken (niet uitsluitend geïsoleerd in één vak ‘leren leren’). We zien in de praktijk echter vaak dat expliciete instructie ontbreekt, of dat het zelfregulerend leren beperkt blijft tot de ‘flexuren’ of dat er in de eerste graad een rijke werking is opgezet die stilvalt nadien. In deze situaties zullen de gehoopte resultaten uitblijven wat dan weer kan leiden tot faalervaringen bij leerlingen én leerkrachten wat de motivatie voor het (aan)leren van zelfregulatie doet dalen.
Meer lezen?
Mitchell, D. (2015). Wat écht werkt. 27 evidence-based strategieën voor het onderwijs. Huizen: Uitgeverij Pica.
https://www.standaardboekhandel.be/p/wat-echt-werkt-9789491806476
Peeters, J. (2022). Zelfregulerend leren. Hoe? Zo!. Leuven: Lannoo Campus. https://www.standaardboekhandel.be/p/zelfregulerend-leren-9789401487474
Referenties
Europese Commissie (2023). Teaching Life Comptence 1 – Shaping Lifelong Learners Throught Self-Regulated Learning. https://academy.europa.eu/courses/teaching-life-competences-1-shaping-lifelong-learners-through-self-regulated-learning
Mitchell, D. (2015). Wat écht werkt. 27 evidence-based strategieën voor het onderwijs. Huizen: Uitgeverij Pica.
Peeters, J. (2022). Zelfregulerend leren. Hoe? Zo!. Leuven: Lannoo Campus.
Schunk, D. H. (2008). Metacognition, Self-Regulation, and Self-Regulated Learning: Research Recommendations. Educational Psychology Review, 20(4), 463–467. https://doi.org/10.1007/s10648-008-9086-3
Sitzmann, T., & Ely, K. (2011). A meta-analysis of self-regulated learning in work-related training and educational attainment: What we know and where we need to go. Psychological Bulletin, 137(3), 421–442. https://doi.org/10.1037/a0022777